![]() |
foto; Thea Bezemer |
Ze stapten flink door in hun warme winterlaarzen.
Onderdijks, in het donker
niet het kleinst levende wezen, laat staan een mens
te bekennen.
Over kinderen, een stapelbed
en over andere dagelijkse, gezellige dingen
ging het onderdijks stevig stappend voort.
"Weet je nog dat hier al die klaprozen stonden?"
"ik heb er foto's van, kan jij niet alvast schrijven ?"
Verder langs de stallen van boer Redelijkheid en dat ene mooie huis.
Lopend langs roerloze, stille sloten.
Sjaals tegen de kou om hun hoofd gebonden,
handschoenen aan en ook weer uit,
een hoop gepraat en bombarie
maar van binnen stil en wachtend
op het Allemoois.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten